Lees verder
Waar zit de logica in het vasthouden aan een vaste set van biobased building blocks die als 'drop-ins' dienen voor fossiele grondstoffen, terwijl onze feedstocks vooral hernieuwbaar zijn? Met die vraag ontketende Stefaan de Wildeman van Maastricht University een heftige discussie tijdens de Applied Biobased Materials Conferentie van AMIBM.
Maastricht

Volgens De Wildeman is de functionaliteit van natuurlijke materialen veel complexer dan die van fossiele grondstoffen. Die functionaliteit wordt maar zeer beperkt gebruikt; zo worden er vooral alternatieven geboden voor polymeren op het niveau van commodities en engineering, in plaats op hoogwaardige, high performance en ultra polymeren. Dat is niet alleen een kwestie van technologie. ‘Het heeft ook te maken met kooudwatervrees. We staan te ver af van de voorwerpen we dagelijks gebruiken. We weten niet waar ze vandaan komen, waarvan ze zijn gemaakt en waar ze naartoe gaan als ze worden afgedankt.’

Door die perceptie houden we vast aan de veilige, bekende paden, beargumenteert De Wildeman. ‘We beloven venture capitalists enorme winsten op tamelijk conventionele technologie, terwijl we het lef zouden moeten hebben om op kleine schaal te investeren in het potentieel van echt nieuwe en onderscheidende biobased building blocks, ook zonder dat we vooraf weten wat dit oplevert.’