Lees verder
“Het roer moet om. We moeten echt anders gaan kijken naar hoe we omgaan met de beperkte grondstoffen die er zijn. We zijn te veel gewend aan consumptie van spullen en dat levert gigantisch veel afval op, en put de aarde uit.” Dat zegt staatssecretaris Vivianne Heijnen van Infrastructuur en Waterstaat. Zij wil meer hergebruik en de inzet van biogrondstoffen stimuleren. Ook zou de overheid meer circulair moeten inkopen.
Redactie / Den Haag

Heijnen stuurde vrijdag (3 februari) het Nationaal Programma Circulaire Economie naar de Tweede Kamer. Tijdens de Nationale Conferentie Circulaire Economie 2023 op 6 februari wil zij afspraken maken met bedrijven, werkgeversorganisaties, financiële en kennisinstellingen, vakbonden, maatschappelijke organisaties en medeoverheden over de bijdrage die zij kunnen leveren aan het circulair maken van de Nederlandse economie.

Toekomstbestendige economie

“Hergebruik van grondstoffen en producten is de enige manier om de aarde leefbaar te houden”, zegt Heijnen. “Er is vaak aandacht voor het percentage economische groei. Ik vind dat we daarbij breder moeten kijken en ook aandacht moeten hebben voor hoe circulair onze economie is. Niet alleen voor de leefbaarheid van onze planeet, maar ook voor een toekomstbestendige economie.”

Het Planbureau voor de Leefomgeving concludeerde recent dat Nederland niet op koers ligt op de weg naar 100% circulariteit in 2050. In het Nationaal Programma Circulaire Economie presenteert Heijnen een aantal maatregelen om Nederland wel op koers te krijgen. Vervuilende sectoren als de bouw, textiel en elektronica moeten verplicht minder afval gaan produceren. Dat kan op verschillende manieren. Zo kunnen in de bouw brugonderdelen een tweede leven krijgen, kan beton gerecycled worden en kunnen veel meer duurzame biobased materialen worden gebruikt in de woningbouw, zoals stro, lisdodde en hout.

In de textielindustrie moet vanaf 2025 de helft van alle textiel na afdanking worden hergebruikt of gerecycled. Daar worden producenten voor verantwoordelijk. En in de elektronica moet het ontwerp van apparaten reparatie mogelijk maken. Ook op EU-niveau wordt gewerkt aan regelgeving om het repareren van producten voor bedrijven en consumenten op een efficiënte manier te stimuleren.

Vanzelfsprekend maken

De staatssecretaris wil het voor bedrijven en burgers vanzelfsprekend, makkelijk en eerlijk maken om te kiezen voor circulaire producten. Niet alleen via verplichtingen, maar ook via subsidie- en fiscale regelingen en door het goede voorbeeld te geven en de markt te stimuleren. Dat kunnen Nederlandse overheden doen door veel meer circulair en biobased te gaan inkopen. Als dergelijke grote spelers dat doen, groeit de markt en loont het voor bedrijven om te investeren in circulair werken. Eind vorig jaar ondertekenden alle Nederlandse ministeries, 5 provincies, ruim 40 gemeenten, alle waterschappen en een aantal andere organisaties hiertoe het Manifest Maatschappelijk Verantwoord Opdrachtgeven en Inkopen (MVOI).

De overgang naar een circulaire economie heeft veel raakvlakken met andere transities, zoals de klimaat- en energietransitie, de woningbouwopgave en de transitie in het landelijk gebied, maar ook in de zorg, sport, logistiek en mobiliteit. Daarom werken er meerdere ministeries aan mee, waaronder Economische Zaken en Klimaat, Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, Klimaar & Energie en Volkshuivesting en Ruimtelijk Ordening. Ook Europa heeft een belangrijke rol, want Nederland kan dit niet alleen. Eerder zette Nederland zich bijvoorbeeld met succes in voor ambitieuzer Europees beleid tegen wegwerpplastic.

Kijk voor meer informatie op de website van de Rijksoverheid.

Beeld: Rijksoverheid