Lees verder
Terwijl de wereldbevolking en dus ook de voedselproductie blijven groeien, staat de veehouderij steeds meer onder druk om te verduurzamen. Innovatief veevoer kan een oplossing zijn. Dat blijkt namelijk significante verschillen op te leveren voor wat betreft sociale- en milieueffecten. Dat blijkt uit recent onderzoek van Evonik en KPMG.
Redactie / Essen

Conventioneel diervoeder bevat veel eiwitten, wat leidt tot hoge stikstof-emissies. Chemiebedrijf Evonik ontwikkelde aminozuren voor diervoeding die de eiwitinname van dieren helpen verminderen, zodat ze minder stikstof uitstoten. Het innovatieve diervoeder verbetert bovendien de spijsvertering, waardoor er minder voedsel en water wordt verbruikt en er minder mest wordt geproduceerd. In Nederland werkt biotechnologiebedrijf DSM aan soortgelijke innovaties.

Miljardenbesparing

Om de gevolgen van innovatief veevoer te meten, analyseerde Evonik samen met financiële- en duurzaamheidexperts van KPMG de maatschappelijke effecten versus conventioneel voer. Als eerste werd gekeken naar de productie van kippen (Brazilië) en varkens (China). De economische, maar ook ecologische en sociale gevolgen van de vleesproductie in de waardeketen werden omgezet in een bedrag per ton levend gewicht (t/lw).

Innovatief diervoeder blijkt de negatieve milieu- en sociale effecten van de kippenproductie in Brazilië met een derde te verminderen. De grootste besparingen zijn te zien in het landgebruik (voor voedergewassen), de biodiversiteit, bodemverzuring en lucht- en watervervuiling. De onderzoekers concluderen dat innovatief veevoer in de Midden- en Zuid-Amerikaanse pluimveeteelt zo’n € 5,5 miljard aan maatschappelijke kosten kan besparen

De analyse van de varkenshouderij in China liet vergelijkbare resultaten zien. De sociale- en milieueffecten van de industrie leiden ertoe dat de ‘echte’ prijs van varkensvlees dankzij innovatief veevoer met bijna 12% omlaag kan. Dit zou in Noord-Azië € 12,3 miljard aan maatschappelijke kosten besparen.

Vervolgonderzoek

“De resultaten tonen duidelijk een enorm potentieel om de maatschappelijke waardecreatie positief te beïnvloeden bij het gebruik van innovatief diervoeder en roept op tot transparantie over de algemene maatschappelijke waardecreatie van producten”, zegt Martin Viehöver, Senior Manager Sustainability Services van KPMG Duitsland. Volgens Emmanuel Auer, hoofd Animal Nutrition van Evonik kan het onderzoek “een zinvolle dialoog in de waardeketen teweegbrengen en helpen de landbouw te transformeren naar duurzamere praktijken.”

Het bedrijf wil in de nabije toekomst ook de effecten van voer gaan meten in andere belangrijke pluimvee- en varkensproducerende regio’s, evenals in de zuivel- en aquacultuursector. Het huidige onderzoek is te downloaden via de website van Evonik.