Lees verder
Innoveren is ook communiceren. Vanuit de topsectoren willen we ondernemers inspireren en successen delen. Voor de Topsector Energie leek een artikel over biogrondstoffen (mooie, verse term) nuttig en actueel. Bij voorkeur laten we daarbij een ondernemer aan het woord over wat hem/haar drijft en hoe hij/zij kansen ziet en benut. Dat lukte helaas niet.
Kees de Gooijer

Ondanks dat de beoogde ondernemer een bewezen duurzame vinding heeft ontwikkeld die economisch rendabel is, vreest hij non-gouvernementele represailles als reactie op publiciteit: “Tegen het business model dat uit angst bestaat kan ik als duurzaam ondernemer niet concurreren.” Helaas is zijn reactie exemplarisch in de biogrondstoffensector. Menig ondernemer ziet Nederland niet langer als markt, maar zoekt kansen over de grens.

Dit, overigens, ook na het SER-advies Biomassa in balans waarin gepleit wordt voor een hoogwaardige inzet van biogrondstoffen om tot een duurzame samenleving te komen. Ook het IPCC en de IEA zijn het erover eens: biogrondstoffen zijn nodig in een duurzame circulaire economie.

Notoire tegenstanders vinden dat ze redders van de planeet zijn. Met het mantra “wij willen geen hele bomen verbranden” krijgen ze de politiek mee, en bedienen zich van de pluralis majestatis: “wij gaan ingrijpen.”

In zo’n maatschappelijk klimaat is het begrijpelijk dat menig CEO (meestal uit de marketing afkomstig) zich nog eens achter de oren krabt. Dit zou ruimte moeten bieden aan onverschrokken MKB-ers, maar ook daar slaat de twijfel toe: Willen we hier onze business wel houden?

Het zijn de ondernemers die de banen creëren. Raken we hen kwijt dan is het einde oefening. Eindresultaat: Nederland wordt importeur van eindproducten en geen nieuwe banen. En het klimaat? Dat hangt, zoals vaker, aan de laatste mem.