Lees verder
UV-licht van de zon breekt drijvend plastic op de oceanen langzaam af; deels tot onzichtbare, zwevende plasticdeeltjes, maar voor een ander deel ook tot stoffen die vervolgens door bacteriën helemaal worden afgebroken. Dat blijkt uit experimenten in het laboratorium van het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee, NIOZ, op Texel.
Redactie / Den Hoorn Texel
Annalisa Delre (beeld: NIOZ)

Afbraak door UV-licht kan verklaren waarom elk jaar ongeveer twee procent van het zichtbaar drijvende plastic van het oceaanoppervlak verdwijnt, zoals promovenda Annalisa Delre en collega’s berekenden. Het lijkt bescheiden, maar telt jaar na jaar op. “Uit onze gegevens blijkt dat zonlicht meer dan een vijfde kan hebben afgebroken van al het drijvende plastic dat sinds de jaren 1950 in de oceanen is terechtgekomen”, aldus Delre.

Dat lijkt goed nieuws, stelt NIOZ-onderzoeker Helge Niemann, tevens bijzonder hoogleraar Microbiële en isotopen biogeochemie bij het departement Aardwetenschappen van Universiteit Utrecht en één van de begeleiders van promovenda Delre. “Deels wordt het plastic afgebroken tot stoffen die door bacteriën helemaal kunnen worden afgebroken. Maar voor aan ander deel blijft het plastic in het water zitten als onzichtbare nanodeeltjes.” Het blijft dan ook noodzakelijk om de vervuiling van het water helemaal een halt toe te roepen.

De bevindingen zijn gepubliceerd in Marine Polution Bulletin. Kijk voor meer informatie op de website van NIOZ.

Beeld bovenaan: Dotted Yeti/Shutterstock