Op 24 juni kwamen 30 docenten uit het MBO, HBO en WO bijeen in Wageningen om zich te verdiepen in de biobased economy, en meer specifiek de mogelijkheden van hoogwaardige inhoudsstoffen. Het is voor de tweede keer dat het Centre for Biobased Economy zo’n docentendag organiseert. Onderzoekers van Wageningen UR en docenten van HAS Hogeschool deelden hun kennis over inhoudsstoffen vanuit het perspectief van teelt, business, verwerking en performance. Gert-Jan van Delft was één van de workshopleiders en weet aan welke kennis de biobased economy behoefte heeft. ‘Er zitten veel meer waardevolle stoffen in planten dan we beseffen. Als je kennis daarover opbouwt, kun je bepalen op welke manier je die stoffen kunt verwaarden. Kennis van veredeling daarbij, maakt het nog interessanter.’
Wat te doen met tomaat?
Voor het verwaarden van inhoudsstoffen en de rest van de plant, is het volgens Van Delft van belang dat alle schakels in de keten goed in beeld zijn. ‘Iedereen is met zijn eigen expertise bezig, dus hoe weet je als teler wat je nog meer kunt doen met een tomatengewas? Dan is het fijn als een docent dat overzicht wel heeft.’ De docentendag is indirect dus ook gunstig voor bedrijven die voor productontwikkeling en innovatie de samenwerking opzoeken met het onderwijs.
Kennis uit de Middeleeuwen
Een belangrijke bron van kennis zit volgens Van Delft in de natuur. ‘In de natuur functioneren de meest ingewikkelde systemen en is alles in feite al circulair. Het is pure logica dat je die informatie gebruikt. In de Middeleeuwen was in feite ook al biobased kennis aanwezig. Er zijn moderne bedrijven die middeleeuws vakmanschap, biobased grondstoffen en natuurwetenschappelijke principes verenigen in succesvolle businessmodellen waarmee wereldwijd miljarden worden omgezet. Het zou mooi zijn als we vaker ambachtelijke kennis zo succesvol kunnen combineren met de moderne technieken van nu.’ De volgende docentendag op 5 november staat in het teken van Biobased products and biorerefinery.
