Vorig jaar groeide het wereldwijde bbp met 3,7%, voornamelijk door de opkomende economieën, met een groei van meer dan 5% in China, India en Indonesië. De vraag naar energie steeg hierdoor, wat voornamelijk werd opgevangen met fossiele brandstoffen.
Hernieuwbare energie groeide in dezelfde periode weliswaar met 7,2%, dat is het hoogste percentage sinds 2010, maar het aandeel van hernieuwbare energie in het totale energiesysteem is nog steeds minder dan 12%.
Haalbaarheid klimaatdoelen
PwC concludeert dat de landen in dit tempo zelfs hun eigen nationale klimaatdoelen niet zullen behalen. Voor de G20-economieën komen die neer op 3% decarbonisatie per jaar tot 2030. Om de opwarming van de aarde tot 2 graden te beperken, is een decarbonisatiepercentage van 7,5% per jaar vereist. Ter vergelijking: Frankrijk decarboniseerde 4% per jaar tijdens de overschakeling naar kernenergie in de jaren 80 en de VS decarboniseerde 3% per jaar in de revolutie van schaliegas.
In 2019 – het jaar van het verhogen van de ambitie – hebben een aantal landen hun doelstellingen voor CO2-reductie aangescherpt tot het reduceren van de emissies tot nul in 2050. De kans om de doelstellingen van de Overeenkomst van Parijs te halen, wordt volgens PwC echter steeds kleiner.
Enorme kloof
“Het is zorgelijk dat de vooruitgang op het gebied van het klimaat lijkt te zijn vastgelopen”, zegt Jonathan Grant, directeur van PwC. “Er is een enorme kloof tussen de retoriek van de ‘klimaatnoodsituatie’ en de realiteit van een ontoereikende wereldwijde reactie.”
Het rapport concludeert dat de situatie voor bedrijven steeds moeilijker beheersbaar wordt. Zij hebben enerzijds te maken met een toenemende intensiteit van klimaateffecten en extreme weersomstandigheden, anderzijds met een wereldwijd onsamenhangende beleidsreactie daarop vanuit diverse landen.