De NWO-subsidie uit het Innovatiefonds Chemie (voorheen Fonds Nieuwe Chemische Innovaties) is bedoeld voor publiek-private samenwerking tussen een bedrijf en een kennisinstelling om onderzoeksvragen vanuit het bedrijfsleven op te pakken, in het kader van de Launchpad for Innovative Future Technology (LIFT).
Het is de eerste keer dat deze subsidie is toegekend aan de onderzoeksgroep Biobased Materials van de Universiteit Maastricht op de Brightlands Chemelot Campus in Geleen.
Poreuze membranen
In het onderzoeksproject gaan de betrokken onderzoekers chemisch inerte, stevige en goedkope polymeermembranen maken die toegepast kunnen worden in bijvoorbeeld waterzuivering of batterijen. Hiertoe zullen nieuwe blok- en graft-copolymeren gemaakt worden die zichzelf op nanoschaal ordenen.
Door het selectief degraderen/verwijderen van één van de componenten, ontstaan poriën in de membranen. Het polymeer dat selectief wordt verwijderd, is bio-gebaseerd (niet fossiel) èn kan hergebruikt worden, wat maakt dat dit onderzoek een sterk groen stempel heeft. Gedurende het onderzoek wordt kennis opgebouwd om de eigenschappen van de poreuze membranen te sturen.
Het project wordt van de zijde van de Universiteit Maastricht geleid door dr. Katrien Bernaerts, universitair docent en specialist in polymeer chemie voor biobased materialen. Vanuit SABIC betrokken is dr. Rob Duchateau, als chief scientist verantwoordelijk voor polymerisatie, katalyse en de ontwikkeling van nieuwe polymeren.
Zie ook: Twee miljoen voor chemische innovaties (website NWO)