Voor de kaart is een bioraffinaderij gedefinieerd als ‘een geïntegreerde productie plant, die gebruik maakt van biomassa of van biomassa afgeleide grondstoffen, voor het produceren van verschillende waarde toevoegende producten en energie.
Tussen juli en november is er een onderzoek gehouden om informatie te verzamelen over bioraffinage in Europa. In totaal zijn 224 bioraffinaderijen in kaart gebracht. Het in kaart brengen van deze raffinaderijen laat de diversiteit van biomassa zien dat wordt gebruikt, maar ook de verschillende types bioraffinaderijen die er zijn:
- de op olie/vet gebaseerde bioraffinaderijen produceren voornamelijk biodiesel (64) of oleochemisch (54);
- 63 op suiker/zetmeel gebaseerde bioraffinaderijen produceren voornamelijk bio-ethanol, maar ook producten voor voeding, diervoeding of biochemicaliën;
- 25 op hout gebaseerde bioraffinaderijen (met uitzondering van pulp voor papier) produceren pulp, tallolie, gespecialiseerde cellulose of bio-ethanol;
- 13 bioraffinaderijen produceren bio-ethanol of biodiesel gemaakt van bio-afval (inclusief voedselresten).
De kaart zal jaarlijks worden bijgewerkt. De poster wordt uitgedeeld tijdens de European Commission Bioeconomy Policy day in Brussel en kan worden gedownload via de website van het BIC.
De kaart toont ook enkele unieke bioraffinaderijen. Namelijk de BBI JU vlaggenschepen ‘First2Run’ plant in Porto Torres, Italië (azelaïnezuur, pelargoonzuur, hun esters, andere chemicaliën tussenproducten van onderbenutte olie gewassen als cardoon). Daarnaast de ‘Bioskoh’ plant in aanbouw in Strazske, Slowakije (bio-ethanol van landbouwafval) en de ‘EXILVA’ plant in Sarpsborg, Noorwegen (microgefibrilleerde cellulose van hout: Noorse spar). En tot slot de ‘PEFerence’ plant in Antwerpen, België (Furanen van op plantengebaseerde suikers).
Dirk Carrez, Executive Director van het Bio-based Industries Consortium: ‘De Bio-economie groeit in Europa. Innovatieve technologieën en geavanceerde bioraffinaderijen vormen het hart van concept van de biobased economie. Zij transformeren biomassa en afval in groene, dagelijkse producten, waardoor de samenleving duurzamer wordt gemaakt en de economie meer circulair’.
