Volgens de NBKL rammelt het rapport aan alle kanten. Zo worden er nieuwe ontwikkelingen en afspraken met de energiesector genegeerd, terwijl er wel diverse conclusies worden getrokken die onvoldoende worden onderbouwd. Ook verlaat de Commissie als het gaat om bio-energie eenzijdig haar uitgangspunt dat alle sectoren een evenwichtige bijdrage moeten leveren aan de stikstofreductie.
0,23%
Uit het rapport blijkt namelijk dat de energiesector verantwoordelijk is voor slechts een beperkt deel van de stikstofemissies in Nederland: 3.8 %. Het leeuwedeel daarvan wordt uitgestoten door kolen- en gasgestookte centrales. Het aandeel van biomassacentrales in de totale Nederlandse stikstofemissies is verwaarloosbaar klein: gemiddeld slechts 0,23%.
Dit betekent dat het terugdringen van bio-energie nauwelijks zoden aan de dijk zet als het gaat om emissiereducties. Toch pleit de Commissie voor een subsidiestop en het gebruik van aardgas in plaats van bio-energie. Een onafhankelijk onderzoek van adviesbureau RoyalHaskoningDHV eerder dit jaar concludeerde juist dat energie opwekken met aardgas tot meer broeikasemissies leidt dan de inzet van biomassa.
Ongeloofwaardig
De NBKL constateert dat de Commissie bio-energie afwijst met een beroep op een slecht onderbouwd artikel dat mede is opgesteld door één van de Commissieleden. De conclusie van dit artikel luidt dat duurzame biomassa niet CO2-neutraal zou zijn. Experts van onder meer het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) hebben inmiddels gewezen op fouten in dit artikel. Door er desondanks opnieuw naar te verwijzen, maakt de Commissie zich ongeloofwaardig; het neemt een (politieke) positie in die lijnrecht ingaat tegen de mening van zowel experts als het kabinet en de Europese Commissie.
De NBKL vraagt zich dan ook af of Nederlands beleid op het gebied van bio-energie dat is gebaseerd op het eindrapport van ‘Remkes’ juridisch stand zullen houden voor de Europese rechter.
Beeld: Konstantin Romanov/Shutterstock
