Het aandeel van hernieuwbare energie wordt elke maand gemeten door dr. Martien Visser, lector energietransitie aan de Hanzehogeschool Groningen en verbonden aan EnTranCe (Energy Transition Centre). De hoofdreden is dat het in juli minder waaide dan vorig jaar. Hierdoor was het feitelijk geproduceerde aandeel windenergie op jaarbasis de afgelopen maand 21 procent lager dan een jaar geleden.
Als men kijkt naar de hernieuwbare bronnen binnen de energiemix, dan vormen wind en afval – beiden met 1,3 procent- de hoofdmoot. Biobased transportbrandstoffen en hout volgen, respectievelijk met aandelen van 0,9 en 0,8 procent. Biogas (0,7 procent) en solar (0,5) bezetten de vijfde en zesde plaats.
Volgens EnTranCe waren er overigens ook meevallers: er wordt op jaarbasis nu 12 procent meer zonne-energie geproduceerd dan een jaar geleden (meer zonuren, meer panelen) en de CO2-emissie van energiegebruik daalde 2 procent (van 12,1 Mton in juli 2015 naar 11,9 Mton in juli 2016).
