Op 21 april 2016 tijdens een bijeenkomst van de Biobased Delta in Breda deed Yanic van Riel, teamlid van TU/ecomotive, een oproep hoe de Nova helemaal biobased te maken. Deze geheel modulaire auto is ontworpen door studenten van de Technische Universiteit Eindhoven en werd in april onthuld tijdens de AutoRAI.
De verwisselbare bodypanelen van NABASCO (Nature Based Composites) die in de Nova worden toegepast zijn al van biocomposiet. Maar hoe zit het met de rest? In deze blog ga ik op zoek naar de inkoopmogelijkheden voor de toepassing van biobased onderdelen en de impact van het gebruik van biobased materialen in de toekomst.
De eerste vraag die ik me stel is: in hoeverre bestaan auto’s al uit biobased materialen? Uit een studie van de IOWA State University komt naar voren dat de huidige auto’s al heel wat biobased onderdelen hebben. Zo heeft Toyota 1.600 biobased onderdelen. De meeste onderdelen zijn voor het interieur (28%) gevolgd door voorzijde van de auto (16%). Voorbeelden zijn luchtfilters, deurpanelen, vloermatten, instrumenten paneel en bumper. Maar nog veel interessanter is dat de automobiel industrie een lange lijst van onderdelen heeft opgenomen die biobased te maken zijn.
Lagere kosten
De industrie is volop in beweging de belangrijkste redenen voor het vervangen van onderdelen voor biobased zijn lagere kosten. Maar ook extra functionaliteit zoals betere isolatie, lichter gewicht waardoor het brandstof gebruik lager is. De Nova heeft nu al een verbruik van 1 op de 800 volgens berekeningen van de studenten. Een andere reden is een langere levensduur van de motor door gebruik van biobased olie. Daarnaast is veiligheid en het testen van biobased materialen een belangrijk aandachtspunt voor de industrie.
Tijdens de bijeenkomst in Breda stelde een ondernemer van biobased plastic de vraag waarom de Nova moet voldoen aan die testen als we in de toekomst zelfrijdende auto’s hebben. De Google-auto heeft al 300.000 mijl gereden met maar 1 incident, dat het gevolg was van een menselijke fout. Door McKinsey is berekend dat we door zelfrijdende auto’s in 2025 1,5 miljoen doden als gevolg van auto-ongelukken kunnen voorkomen. Natuurlijk zijn we nog niet zover, maar het is wel goed om hier rekening mee te houden voor een toekomstige auto.
Aankoopbeslissing
De vraag naar biobased onderdelen is op dit moment geen reden voor de industrie omdat het nauwelijks meespeelt in de aankoopbeslissing. Dit kwam ook naar voren toen de inkopers van de Provincie Zeeland aan hun bestaande autodealers vroegen welke onderdelen biobased zijn. De dealers moesten dat bij de producenten navragen. Het duurde even voordat het antwoord kwam van de R&D afdeling; in de auto die zij leverden aan de Provincie Zeeland zitten wel degelijk biobased onderdelen! Wat nu als wij de vraag actief gaan stimuleren, waardoor we de ontwikkeling kunnen versnellen naar een ‘low carbon’ economie!
Knelpunt
Een knelpunt, genoemd door de auto-industrie is de beschikbaarheid van biobased materialen en de systemen die moeten worden opgezet om biobased materialen te recyclen. De Nova is al modulair ontworpen, waardoor recycling mogelijk wordt en vervanging eenvoudiger is. De 3D-ontwikkeling biedt hier mogelijk een oplossing, als we de materialen lokaal kunnen recyclen om er volgens nieuwe onderdelen van te maken, die we ook nog kunnen personaliseren. Door de materialen te recyclen en door het wagenpark effectiever te gebruiken, via het autodelen dat sterk in opkomst is, kunnen we de beschikbaarheid van biobased materialen slim inzetten.
Biobased scooter
De ondernemers in de Biobased Delta zijn volop in beweging en denken graag mee bij nieuwe ontwikkelingen. Zo heeft NPSP al een biobased scooter ontwikkeld in samenwerking met diverse partners. De kansen voor meer biobased materialen in de Nova zijn legio.
De nieuwe versie van de Nova is uit meer biobased materialen te maken dan de huidige biobased panelen. Het project van de studenten is een perfecte manier om de bovenstaande belemmeringen te doorbreken. Daarom wil ik iedereen vragen om suggesties en ideeën door te geven aan Yanic van Riel.