Lees verder
Op 13 januari hielden de heren Katan en Rabbinge en mevrouw Vet in NRC een pleidooi tegen het gesubsidieerd verstoken van hout. Helaas kreeg meteen ‘alle biomassa naar energie’ een sneer. Natuurlijk hebben de wetenschappers gelijk als zij de verre horizon bekijken waarin alle energie, dus voor transport, huishoudens en industrie, vanuit plantenmateriaal gemaakt zou moeten worden. We kunnen gaan muggenziften over de term ‘jaarlijks’ en of koolzaad als feedstock voor transportbrandstoffen wel het juiste gewas is, wat ik betwijfel. Mijn probleem tegen de stellingname is dat de transitie die daarvoor nodig is, wordt genegeerd.
Johan Raap

Waar ik ook moeite mee heb, is de stelling dat telen van gewassen kunstmest kost. Dan gaan zij volledig voorbij aan de grote inspanning die in dit deel van Europa gedaan wordt om nutriënten in de kringloop te krijgen. Het gebruik van fosfor in kunstmest daalt jaarlijks ten gunste van kunstmestvervangers en had misschien al 0 kunnen zijn. Een ander punt, waterschaarste is niet universeel. De situatie in Spanje is niet te vergelijken met die van Noordwest- Europa. Algemeen durf ik te zeggen dat we hemelwater direct naar de akkers zo goed mogelijk moeten benutten. Dat de supply chain om energie te maken, energie kost is duidelijk, daar moet meer duidelijkheid over gegeven worden, en dat gebeurt ook. De titel van hun pleidooi steun ik dus niet. Je kunt slimme dingen doen met biomassa, en inderdaad ook domme dingen. De opmerking dat landbouwafval (wat wordt hiermee bedoeld?) direct naar de bodem terug moet, is onjuist. De bodem heeft geen behoefte aan organische stof; de bodem heeft behoefte aan effectief organische stof. Alleen daarmee kan verschraling tegengegaan worden.

Ik steun dat zonne-energiecollectietechnologie verder ontwikkeld en ook toegepast moet worden. Maar aub niet ten koste van goede akkerbouwgrond, eerst dan toch maar alle daken van gebouwen. En op die akkerbouwgronden gewassen telen, voedsel voor mens en dier, voor chemie (als die producten niet circulair gemaakt kunnen worden) en het restant naar energie. Mijn stelling is dat we moeten benutten wat er nu is, en wel zo goed mogelijk. En ontwikkelen wat we nodig achten voor de toekomst. Daar hoort een goede wetenschappelijke discussie bij.