Zo’n 30 procent van de productie van Granuul Invest gaat nu nog naar Nederlandse energiecentrales voor de bijstook of als hoofdbron van energie. Biomassa speelt een belangrijke rol in het Klimaatakkoord, als vervanger van fossiele brandstoffen. Tot 2027 wordt de bijstook van biomassa gesubsidieerd. De verwachting is dat na die tijd kan worden overgeschakeld op andere hernieuwbare energiebronnen.
Tegen die tijd wil Graanul zijn productie hebben omgeschakeld naar meer hoogwaardige halffabricaten. “Wij beschouwen pellets als een tijdelijke business”, zei Ulvar Kaubi, marketingdirecteur bij de Estse staatsbossen vorige week in Dagblad Trouw. “Die nieuwe producten leveren vijf, zes of zelfs zeven keer zoveel op.”
Flagship plant
Bij de ontwikkeling van een ‘flagship’ fabriek werkt Graanul Invest samen met andere Europese partners in het SWEETWOODS project, dat wordt ondersteund door de Bio-based Industries Joint Undertaking (BBI JU). Het wordt de allereerste fabriek voor de biofractionering van houtverwerkingsresiduen in Europa. Daarbij wordt gebruik gemaakt van een proces dat innovatieve voorbehandelingstechnologie combineert met enzymatische oplossingen. Dit moet tot het mogelijk maken om ruim 90 procent van alle houtsuikers terug te winnen en levert ook lignine op van uitzonderlijk hoge kwaliteit. Deze suikers en lignine kunnen verder worden verwerkt en omgezet in hoogwaardige biomaterialen, die fossiele chemicaliën in een breed scala van producten kunnen vervangen, waaronder harsen, lijmen, oliën, plastic en bouwmaterialen.
De eerste steen voor een nieuwe flagship-fabriek is al in september dit jaar gelegd. De fabriek moet in de eerste helft van 2020 operationeel zijn. Dan zal het voor het eerst mogelijk zijn om op hout gebaseerde biomaterialen op industriële schaal te produceren. In eerste instantie zal er worden gewerkt met berkensnippers, maar later ook met elzenhout. “Na 2025 zullen we dezelfde grondstoffen gebruiken als nu voor de pelletindustrie”, bevestigt directeur Raul Kirjanen van Graanul.