Lees verder
Nederlandse tankstations verkopen de laatste jaren steeds meer soorten biodiesel. Sommige zijn meer geschikt voor de zomer, andere voor de winter. Onbekendheid met deze verschillen leidt soms tot problemen aan de pomp.
Redactie / Delft

Om een einde te maken aan de verwarring, heeft het Nederlands Normalisatie Instituut NEN het voorwoord bij de Europese biodieselspecificatie aangepast.

Biodiesel is een dieselbrandstof met eigenschappen die sterk overeenkomen met gewone diesel. De brandstof wordt gemaakt door het chemisch bewerken (veresteren) van vetzuren. De grondstof daarvoor kan raapzaadolie, zonnebloemolie, maar ook gebruikt frituurvet zijn. Het uiteindelijke product moet voldoen aan de norm voor biodiesel, NEN-EN 14214. Daarin zijn eisen opgenomen die de operabiliteit bij lagere temperaturen moeten garanderen. Voor winter en zomer zijn er afwijkende eisen.

Deze eisen zijn nu verduidelijkt in het nieuwe nationale voorwoord. Dat geeft aanwijzingen voor leveranciers om op een alternatieve manier – door het meten van onverzadigde mono-glyceriden – aan de eisen te voldoen. NEN roept leveranciers op om de wijzigingen al vanaf deze winter in te voeren.

Meer informatie is te vinden op de website van NEN.