Dat zegt Rob Vierhout van Alco Energy in Rotterdam, Europa’s grootste bioraffinaderij. Dit bedrijf is onderdeel van de Belgische Alco Group (lid van Flanders Biobased Valley). Het produceert in de Rotterdamse haven bio-ethanol uit maïs-zetmeel dat niet geschikt is voor menselijke consumptie. “We gebruiken als basis een veevoedergewas. Daar halen we het zetmeel uit. Wat we overhouden is een eiwitrijk veevoeder zonder dikmakende suikers.” Dit product zorgt ervoor dat koeien minder van het zeer schadelijke broeikasgas methaan uitstoten. Door het hoge eiwitgehalte is het ook geschikt als duurzame vervanger van soja uit Zuid-Amerika.
“Bovendien kunnen we nog veel meer, zoals maïs-olie eruit halen, waarmee we legkippen voeren omdat het de eierdooier mooi geel kleurt. Of glucose, bijvoorbeeld voor de productie van bioplastics of zelfs vleesvervangers. In feite houden wij ons bezig met kringlooplandbouw. Hiermee dragen we bij aan een oplossing voor het energie- en klimaatprobleem én verzekeren we de Europese boeren van een goed inkomen.”
