Lees verder
De European Bioeconomy Alliance (EUBA) roept Europese beleidsmakers dringend op om de weg vrij te maken voor het volledige gebruik van eerstegeneratie biomassa voor industriële toepassingen. Volgens een nieuw rapport van het nova-Institute zijn gangbare landbouwgewassen, zoals graan en suikerbieten, onmisbaar voor de defossilisering van de chemische sector. Hun inzet zou de voedselzekerheid in Europa niet ondermijnen, maar juist versterken.
Redactie / Brussel

De alliantie stelt dat er beleidsinstrumenten zoals quota’s of doelstellingen nodig zijn om te garanderen dat er voldoende biogrondstoffen beschikbaar zijn voor de chemiche industrie. Dit moet een gelijk speelveld creëren ten opzichte van fossiele koolstof en de concurrerende brandstoffensector. Bovendien moet beleid de volledige uitwisselbaarheid van eerstegeneratie biomassa voor zowel brandstoffen als chemicaliën toestaan, om de flexibiliteit en veerkracht van de bio-economie te maximaliseren.

Voedselconcurrentie

Het rapport, getiteld ‘Benefits of using first-generation biomass for food, fuels, chemicals and derived materials in Europe’, weerlegt de populaire misvatting dat industrieel gebruik van landbouwgewassen leidt tot voedselconcurrentie. De onderzoekers benadrukken dat het industriële gebruik van deze biomassa juist op twee cruciale manieren bijdraagt aan de veerkracht van de voedselketen:

  1. Bij de verwerking van bijvoorbeeld tarwe en maïs voor de biobased industrie, ontstaan grote hoeveelheden eiwitten en vezels als waardevolle bijproducten. Die zijn essentieel voor menselijke en dierlijke voeding en helpen daarmee een belangrijk eiwitknelpunt in de Europese voedselketen op te lossen.
  2. De mogelijkheid om gewassen flexibel te verschuiven tussen de voedsel- en de industriële markten creëert een snelle en economische ‘virtuele noodreserve.’ Zo kan industriële biomassa in tijden van schaarste onmiddellijk worden omgeleid naar de voedselmarkt. Deze praktijk is al eerder succesvol toegepast, tijdens de oorlog in Oekraïne.

Duurzame landbouw en chemie

De economische, kostenefficiënte en grootschalige beschikbaarheid van eerstegeneratie suikers en zetmelen is onmisbaar voor het bereiken van de Europese klimaatdoelstellingen, stelt het nova-Institute. Alternatieven van de tweede generatie zijn doorgaans veel duurder, wat hun grootschalige toepassing in de transitie van de chemische sector beperkt.

Bovendien versterkt deze marktflexibiliteit de veerkracht van de landbouwsector. Boeren krijgen meer economische zekerheid door toegang tot meerdere afzetmarkten, wat investeringen in hightech landbouw stimuleert. Dit resulteert in hogere opbrengsten, een lager hulpbronnenverbruik, en maakt de Europese landbouwsector duurzamer en concurrerender. Ook zou de efficiënte teelt van voedselgewassen de meest efficiënte manier zijn om grondstoffen te produceren, wordt het totale landgebruik verkleint. Dat zou ten goede komen aan natuur en biodiversiteitsbescherming.

Het volledige rapport is te downloaden (als pdf) op de website van de European Bioeconomy Alliance.

Beeld: jantsarik/Shutterstock