Lees verder
Andes Lupine kan een milieuvriendelijk alternatief zijn voor soja. Dat zegt Rob van Haren, lector van de Hanzehogeschool Groningen en technisch-wetenschappelijk coördinator van het LIBBIO-project.
Groningen

LIBBIO is een samenwerkingsverband van 14 universiteiten en bedrijven uit 8 landen, gericht op het introduceren van Andes Lupine als landbouwgewas in Europa. Deze van oorsprong Zuid-Amerikaanse plant kan op arme grond groeien. Hij produceert namelijk zijn eigen meststoffen. In Noord- en Centraal Europa kan de Lupine als zomergewas worden geteeld en in Mediterrane gebieden als wintergewas.

Veelzijdig


Volgens Van Haren is de Lupine echt ‘multi-purpose’; de plant zit boordevol hoogwaardige grondstoffen. ‘De oliën uit de zaden kun je in voedingsmiddelen als mayonaise gebruiken. Van de eiwitten kun je yoghurt, melk en kaas maken. De alkaloïden kun je bewerken tot afbreekbare bestrijdingsmiddelen. De suikers kunnen gebruikt worden als prebiotica in humane toepassingen. De biomassa die overblijft, is geschikt als veevoer of je kunt er biogas van maken. En dat is nog maar het topje van de ijsberg.’

Met behulp van een Horizon2020-subsidie van vijf miljoen euro onderzoekt LIBBIO het maximaliseren van de opbrengst en het rendement van de Anders Lupine-teelt in Europa. Tegelijkertijd start het onderzoek naar de toepassingsmogelijkheden en productontwikkeling.

In de Zernike Advanced Processing (ZAP) facility op het EnTranCe-terrein van Hanzehogeschool Groningen wordt een pilotplant opgezet. Daar worden de komende vier jaar inhoudsstoffen uit de lupine geëxtraheerd door middel van bioraffinage met behulp van superkritische CO2-technologie, die is ontwikkeld door de Technische Universiteit van Delft.