Lees verder
In de woningbouw moet het gebruik van lokaal geproduceerde, biobased isolatiematerialen met een kleine CO2-footprint verplicht worden gesteld. Dat zei Willem Böttger, lector Biobased Bouwen aan het Centre of Expertise Biobased Economy, donderdag in dagblad BN De Stem.
Redactie / Breda

Böttger verwijst naar recent onderzoek van het Royal Institution of Chartered Surveyors (RICS). Dit instituut voor vastgoedprofessionals constateert dat meer dan twee derde (69%) van alle CO2 die tijdens de levensduur van een gebouw vrijkomt, wordt uitgestoten tijdens de bouw en bij het onderhoud. Minder dan een derde wordt veroorzaakt door het verwarmen. Toch focust de overheid vrijwel uitsluitend op isolatie-maatregelen, als het gaat om het verminderen van energie en CO2-uitstoot. ‘Op deze manier zal Nederland het doel van 49 procent reductie in 2030 nooit halen’, concludeert Böttger.

Renoveren

Volgens Bouwagenda die de Taskforce Bouw onlangs heeft opgesteld in het kader van de klimaatagenda, zal Nederland de komende tijd zeven miljoen gebouwen moeten renoveren. Alle woningen moeten duurzaam en klimaatbestendig worden. Ze zijn nu onvoldoende geïsoleerd en ze gebruiken nog te veel energie.

Door te blijven isoleren met gangbare isolatiematerialen, wordt op korte termijn bij al die renovaties zoveel CO2 uitgestoten, dat de gewenste klimaatdoelen niet haalbaar zijn, stelt Böttger. ‘De oplossing is simpel. Gebruik biobased isolatiematerialen met een kleine CO2 voetafdruk, zoals cellulose, vlas, hennep, stro, kalkhennep, metisse, bio-foam, kurk en riet.’

Deze investering levert volgens Böttger dubbele winst op: ‘Minder energiegebruik voor het renoveren van woningen en minder energie om in een behaaglijke temperatuur te wonen. Met deze eenvoudige dubbelslag zetten we een veel grotere stap dan met de huidige plannen.’