Lees verder
Hoe kijken vertegenwoordigers uit de agrofood- en chemiesector tegen de biobased economy aan? In dit nummer twee studenten van biobased opleidingen op mbo- en hbo-niveau. Aan het woord zijn Julie Brandt (17), eerstejaarsstudent Green Engineering (mbo) bij Helicon in Boxtel en Michiel van der Laan (18), tweedejaarsstudent BioBased TeCH (hbo) bij Avans in Breda.

Julie Brandt

  1. Waarom heb je voor deze studierichting gekozen?

    ‘Ik verbeter graag dingen. De natuur vind ik heel belangrijk maar veel mensen weten niet hoe ze met de natuur moeten omgaan. Bijvoorbeeld bij het verwerken van afval. Ik vind het leuk om me met dat soort problemen bezig te houden en goede oplossingen te bedenken. De opleiding Green Engineering is heel breed: je leert over verschillende soorten groene energie en hoe je alle stoffen in een kringloop kunt gebruiken. Op die manier kun je breed kijken naar wat je leuk vindt. Ik werk ook graag met mijn handen en dat kan met deze opleiding heel goed.’

  2. Welke aspecten trekken je aan in deze opleiding?

    ‘Het leuke van deze opleiding is dat je kennismaakt met verschillende onderwerpen: in het eerste jaar is dat zonne-energie, windenergie en algen. Je doet veel in de praktijk. Eerder dit jaar liep ik stage bij een algenkwekerij in Hallum in Friesland. De kwekerij was gekoppeld aan een biovergister en het was interessant om van dichtbij te zien hoe dat allemaal in z’n werk ging. In de periode over windenergie hebben we met een groep een windmolen geplaatst, waarbij we zelf een klant moesten zoeken. Er komt altijd veel techniek bij kijken. Soms is dat moeilijk, maar alles wordt gelukkig goed uitgelegd.’

  3. Welke rol wil je na je opleiding vervullen in de transitie naar een biobased economy?

    ‘Na deze opleiding wil ik nog een hbo-opleiding volgen in de richting van economie. Naast die studie ga ik ook werken om alvast ervaring op te doen. Uiteindelijk zou ik graag als adviseur aan de slag gaan en mensen adviseren over het verwerken van afvalstromen. Ik vind het heel belangrijk dat bedrijven zich daar meer in verdiepen. Als zij zelf meer leren over hoe ze hun afval kunnen verwerken en wat ze ermee kunnen doen, dan is dat goed voor de natuur maar ook voor hun portemonnee. Ik hoop dat ik bedrijven hierbij kan helpen!’

 

Michiel van der laan

  1. Waarom heb je voor deze studierichting gekozen?

    ‘De olie raakt op, dus het is belangrijk om te kijken naar andere oplossingen. Het hele biobased idee spreekt mij erg aan. Veel chemische toepassingen zijn al bekend, maar op biobased gebied kun je nog veel nieuwe dingen ontdekken. Deze opleiding richt zich op zowel chemie als chemische technologie. Het is interessant om over het verschil en de overbrugging van beide gebieden te leren. Bij bedrijven is veel vraag naar kennis van beide vakgebieden, dus je hebt ook een baangarantie.’

  2. Welke aspecten trekken je aan in deze opleiding?

    ‘Wat mij vooral aantrekt in deze opleiding is dat je veel in het laboratorium bent. Op basis van een casus moet je dan een experiment bedenken en dat vervolgens uitvoeren. Het geeft wel een kick als iets na veel uittesten is gelukt. Ik vind vooral de polymeerchemie interessant. In de eerste periode van dit schooljaar deden we onderzoek naar een nieuw polymeer. Toen we informatie opzochten op Google verschenen er bijna geen resultaten. Er was nog amper onderzoek naar gedaan. Zoiets biedt alleen maar kansen.’

  3. Welke rol wil je na je opleiding vervullen in de transitie naar een biobased economy?

    ‘Ik wil mij ook na mijn studie bezig blijven houden met de ontwikkeling van polymeren. Een eigen bedrijf in research en development van biopolymeren lijkt me wel wat. Vooral in Brabant zijn veel bedrijven die in de opstartfase zitten en nog niet goed weten hoe ze reststromen kunnen gebruiken. Dat is zonde. Van aardolie is alles bekend, maar voor een goede biobased economy is kennis van elkaar nodig.’