De naamsverandering past bij de ambities van deze cluster-organisatie om in binnen- en buitenland hét aanspreekpunt te zijn voor alle biobased economy aanverwante zaken in Vlaanderen, dat zich wil ontwikkelen tot één van de meest competitieve regio’s in Europa in 2030. Daarin wil Flanders Biobased Valley een leidende rol spelen.
Geschiedenis
GBEV werd in 2005 opgericht als Ghent Bio-Energy Valley. Het doel was destijds de productie van biobrandstoffen in België op te starten. Dat leidde tot de realisatie van het Rodenhuize bioraffinage cluster, één van Europa’s grootste geïntegreerde productielocaties van bio-energie. Tegenwoordig is de regio Gent verantwoordelijk voor 90% van de totale Vlaamse biobrandstof.
Daarna heeft Ghent Bio-Energy Valley het werkterrein uitgebreid naar andere domeinen in de biobased economy. In 2013 werd de naam veranderd in Ghent Bio-Economy Valley. De organisatie stond onder meer aan de wieg van de Bio Base Europe Pilot Plant in de haven van Gent. In deze flexibele en polyvalente proeffaciliteit wordt gewerkt aan de opschaling van biobased processen. Vandaag de dag is ongeveer tien procent van de Vlaamse productie-industrie al biobased en dit aandeel zal naar verwachting in de toekomst toenemen.
Toekomst
Momenteel is een gasvergistingscluster in ontwikkeling. Hier worden afvalgassen microbieel omgezet in biobrandstoffen of groene chemicaliën. Bovendien wil Flanders Biobased Valley een aantal potentieel waardevolle productieroutes volgen die in de roadmap Industriële Biotechnologie zijn geïdentificeerd. Daaronder de conversie van suikers, vezelige grondstoffen of afvalgassen naar biobased producten en chemicaliën. MKB-bedrijven kunnen specifieke steun krijgen om deze innovaties te vermarkten, door middel van door de EU gefinancierde projecten SuperBIO en BioBase4SME.
Zie ook: GBEV wordt Flanders Biobased Valley (website Flanders Biobased Valley)
