Lees verder
Jaarlijks produceren champignontelers ruim 800.000 ton aan champost. Deze meststof moet worden afgevoerd. Kosten: circa 10 tot 11 miljoen euro per jaar. ZLTO onderzoekt nu of deze kostenpost significant verlaagd kan worden. Idealiter zou het een opbrengst moeten worden, maar zo ver is het nog niet.
Lucien Joppen

Het zou de champignonsector goed uitkomen. Deze staat, onder meer door concurrentie uit goedkopere productielanden als Polen, onder druk. Het aantal bedrijven dat hun deuren moet sluiten, groeit nog steeds. Daar staat tegenover dat het totale productievolume van de Nederlandse sector groeit: in 2005 bedroeg dit nog 240.000 ton, in 2011 was dat al 305.000 ton. Deze volumegroei leidt ook tot een groeiende champoststroom.

‘Momenteel wordt deze afgevoerd door loonwerkers naar Zeeland, Groningen of zelfs naar Duitsland’, zegt Ruud Hoosemans van ZLTO. ‘Daar wordt het als mest over het land uitgereden of verder verwerkt. Champignontelers betalen rond de 12 a 13 euro per ton om het weg te laten halen. Voor de totale sector, die toch werkt met smalle marges, kom je uit een kostenpost boven de 10 miljoen euro. Wat als je deze champost zou kunnen verwaarden tot een kant-en-klare consumentenproduct?’

Marktpotentieel

Dat telers voor de afvoer van champost moeten betalen, wil niet zeggen dat champost een afvalproduct is, aldus Hoosemans. ‘Champost is een goede bodemverbeteraar door het hoge organisch stofgehalte (20 procent). In een vooronderzoek is de compositie van champost vergeleken met koeienmest, een gangbare grondstof in plantenvoedingsstoffen. Hieruit bleek dat het fosfaatgehalte in champost aanzienlijk lager ligt. Ook heeft champost een lagere pH-waarde – door de toevoeging van kalk – waardoor deze ook in zuurdere gronden kan worden toegepast.’

Dat champost mogelijk marktpotentieel heeft, onderkent ook Ben Scheer, verantwoordelijk voor Innovation & Business Development bij Pokon Naturado. ‘We gebruiken momenteel hoofdzakelijk producten die zijn gebaseerd op koeien- en kippenmest en die we verrijken met allerlei additieven (mineralen et cetera). Pokon Naturado kijkt vanzelfsprekend ook naar andere grondstoffen, zoals champost. Het past in onze missie om zoveel mogelijk reststromen te gebruiken. Wel zullen we goed moeten onderzoeken of de performance van champost vergelijkbaar is met de huidige producten. Gebruiksgemak en een optimaal resultaat staan bij Pokon bovenaan. Daarnaast zal de prijsstelling ook een doorslaggevende factor zijn.’

Drogen heikel punt

Dat laatste is voorlopig nog een heikel punt. Om champost tot een kant-en-klaarproduct – een pellet – te verwerken, zal de champost moeten worden gedroogd. Afhankelijk van de vochtigheidsgraad – elke teler heeft zijn eigen teeltmethodieken – zal het drogestofgehalte moeten worden verhoogd van 35 tot 80 procent. Hoosemans: ‘We hebben berekend dat een dedicated drogingsproces betekent dat het drogen van een ton champost 25 tot 97 euro kost. Met zulke prijzen gaat het in ieder geval niet vliegen. Echter, als restwarmte wordt ingezet, kom je uit op 9-31 euro per ton. Toegegeven, dat zijn grote bandbreedtes. We voorzien mogelijkheden om van nabijgelegen bedrijven, bijvoorbeeld een metaalfabriek, warmte en/of electriciteit af te nemen. Duidelijk is wel dat een gecentraliseerd droogproces te kostbaar is. Immers, dan moet je gaan slepen met hoofdzakelijk water.’

Brokjes

Een andere route die wordt onderzocht, is of telers het vochtgehalte van de champost tijdens het gebruik kunnen verlagen. ‘Uit de praktijk blijkt dat dit per teler sterk kan fluctueren. Welnu, als met drogere champost dezelfde productie kan worden gerealiseerd, zou deze ook met een hoger drogestofgehalte kunnen worden gedroogd. We werken met een groep van zeven champignontelers die in de praktijk testen met teeltmethoden, zoals het al dan niet afdekken met plastic zeil of temperatuurs- en/of vochtbeheersing.’

Ondertussen heeft het bedrijf Millvision uit Raamsdonkveer gewerkt aan de vervolgstap naar het droogproces, namelijk de verwerking tot kleine pellets. Hoosemans: ‘Millvision heeft op pilotschaal champost eerst gedroogd, en vervolgens met een pers en een vijzel verwerkt tot kleine brokjes van 1 centimeter lang en 2 millimeter doorsnee. We hebben ernaar gekeken en eraan geroken, en zo op het eerste gezicht lijkt het een prima product.’

Langzamere vrijgave

Het is overigens maar de vraag of de champost in pellets wordt verwerkt, stelt Hoosemans. ‘Het kan ook als een strooimengsel worden verkocht. Verder onderzoek is nodig wat de performance is van de korrels. Het lijkt er op dat korrels op basis van champost langzamer uit elkaar vallen dan koeienmestkorrels, zodat er sprake is van een controlled release, zeg een langzamere vrijgave van de nutriënten. Deze eigenschappen zullen verder moeten worden onderzocht.’

Wat ook nog open staat, is de business case achter de champostkorrels. Hoosemans laat doorschemeren dat in eerste instantie een reductie van de afvoerkosten – bijvoorbeeld van 11 naar 5 euro – mogelijk is. Nog geen zwarte cijfers, maar een kostenverlaging.

‘Als de champostkorrels net zo goed presteren als de gangbare producten, is een retailprijs van 13,5 euro voor een tienkilozak haalbaar. Daar gaat de retailmarge nog af en vanzelfsprekend de kosten van opwerking, het pelletiseren, verpakken en vervoeren.’

De grootste uitdaging, volgens Hoosemans, ligt, naast het verdienmodel, in de sociale innovatie. ‘De crux is om de keten zo te organiseren, bijvoorbeeld in een coöperatie, dat de partijen gezamenlijk investeren en risico dragen. De telers moeten samen wel voldoende volume genereren om het voor marktpartijen aantrekkelijk te maken. Het valt of staat met voldoende participatie vanuit de champignonteelt.’