Lees verder
Applied Polymer Innovations (API) in Emmen heeft vanaf 1 januari 2017 haar activiteiten voortgezet onder de naam Senbis Polymer Innovations. Mede-eigenaar Gerard Nijhoving ziet volop kansen voor de onderneming. ‘Ons team van acht specialisten heeft een schat aan ervaring in de polymeerchemie. Bovendien beschikken wij over een uitgebreid polymerenlab en pilotplantfaciliteiten.’
Adriaan van Hooijdonk

Het API Institute is in 2009 ontstaan uit de vroegere research- en development afdeling van Diolen Industrial Fibers in Emmen. De producent van onder andere industriële garens had diverse eigenaren, waaronder Enka, AkzoNobel en investeringsmaatschappij CVC Capital Partners voor het bedrijf in 2008 failliet ging. 

‘De R&D-afdeling van Diolen Industrial Fibers zag echter kansen om zelfstandig verder te gaan’, zegt Gerard Nijhoving die samen met technisch-directeur Bas Krins het nieuwe bedrijf leidt. ‘Vanwege deze specialistische achtergrond was er veel vraag naar onderzoek en labfaciliteiten op het gebied van industriële garens, maar ook naar polymerisatie. De laatste jaren kwamen steeds vaker vragen over biopolymeren voorbij.’ Het API Institute wist diverse investeerders aan te trekken en realiseerde eveneens de succesvolle spin-off Innofil3D. Twee jaar geleden startte de productie van monofilamenten voor 3D-printers in een aparte hal op het terrein in Emmen. Inmiddels is Innofil3D uitgegroeid tot een toonaangevende producent in een marksegment met een groot potentieel.

Fit for use

Nijhoving onderzocht als freelance business developer hoe het API Institute de bedrijfsvoering kon verbeteren. Ook keek hij naar de kansen om andere succesvolle spin-offs op te zetten. Hij stelde vast dat er meer geld nodig was om hierin te investeren. ‘De aandeelhouders waren echter al volop bezig met Innofil3D. Het lag dus voor de hand om de twee bedrijven te splitsen en zelfstandig als Senbis Polymer Innovations verder te gaan.’ Het bovengenoemde bedrijf blijft zich richten op polymeeronderzoek en daaraan gerelateerde diensten. Nijhoving: ‘Opdrachtgevers schakelen onze specialisten in om productieproblemen op te lossen of monsters te testen. De laatste tijd krijgen wij vaker vragen van polymeerproducenten om hun producten geschikt te maken voor 3D printing. Deze bedrijven hebben vaak al grades ontwikkeld voor allerlei toepassingen zoals spuitgieten of filmblazen, maar willen hun assortiment uitbreiden voor deze nieuwe markt. Dit ‘fit for use’ maken past goed bij ons, want dit doen wij ook regelmatig voor garens.’

Topregio

Senbis Polymer Innovations beschikt over een uitgebreid polymerenlab. Daarin staat onder meer analyse-apparatuur voor reologische en mechanische metingen. Ook is er een breed assortiment verwerkingsapparatuur voor polymeren beschikbaar, zoals drie spinmachines voor de ontwikkeling van nieuwe garenproducten. Verder staan er diverse extruders om voor R&D-doeleinden compounds en monofilamenten te maken in hoeveelheden van een aantal kilo’s per uur. Daarnaast beschikt Senbis Polymer Innovations over een autoclaaf om nieuwe polymeren te produceren. ‘Bovendien kunnen wij terugvallen op een uitgebreid netwerk om elders grootschalige proeven te doen als wij hier zelf niet in kunnen voorzien. Verder zijn wij gevestigd op Emmtec-industriepark met grote spelers, zoals DSM en Teijin Aramid’, benadrukt.

Nijhoving

Het industriële profiel met Emmen als het grootste cluster van kunststofvezelbedrijven maakt dat de biobased economy in de regio een goede groeikans heeft. Het is niet voor niets dat het Rijk Zuidoost-Drenthe heeft aangewezen als topregio van Nederland op het gebied van groene, op plantaardige grondstoffen gebaseerde, chemie. Het team van acht medewerkers heeft volgens hem een schat aan ervaring in de polymeerchemie. ‘Dit betreft niet alleen wetenschappers, want wij hebben ook operators die veel ervaring hebben opgedaan met het spinnen van garens bij Diolen Industrial Fibers en Akzo.’

Composteerbaar tuinbouwtouw

De nieuwe mede-eigenaar realiseert zich dat een pilot plant en labfaciliteiten vaak te kostbaar zijn voor MKB-bedrijven. ‘Door het aanbieden van onze faciliteiten reduceren we de R&D-kosten van onze klanten. Mocht een MKB-bedrijf apparatuur nodig hebben waar wij niet over beschikken, kunnen wij altijd in ons netwerk kijken. En wanneer wij met bepaalde faciliteiten ook andere klanten kunnen bedienen, kan ik mij voorstellen dat wij hier samen in investeren.’ Senbis werkt overigens met meerdere partijen, zoals universiteiten, in diverse onderzoekstrajecten samen.

Het bedrijf is inmiddels druk bezig om een aantal veelbelovende projecten verder uit te werken. Hierbij gaat het onder andere om de ontwikkeling van een composteerbaar tuinbouwtouw en een alternatief voor pluis dat onder visnetten hangt.  Telers van gewassen, zoals tomaten, paprika’s en komkommers, maken nu vooral gebruik van touwen op basis van fossiele grondstoffen om hun producten in de kas naar boven te laten groeien. ‘Aan het einde van het seizoen moeten ze de planten verwijderen. Maar dat is een lastige klus omdat het touw erin is verwikkeld’, legt Nijhoving uit. ‘Telers hebben dus een grote afvalstroom waarvoor ze fors moeten betalen om het af te voeren. Bovendien is het geen duurzame oplossing.’

Starten met productie

Senbis Polymer Innovations ontwikkelde een composteerbaar touw op basis van polymelkzuur waarmee inmiddels diverse veldtesten zijn uitgevoerd. ‘Een technisch uitdagend project want de mechanische eigenschappen moeten zodanig zijn dat de plant in de kas niet naar beneden valt’, zegt Nijhoving die hooggespannen verwachtingen heeft van het nieuwe product. ‘Inmiddels hangen onze touwen in diverse landen in kassen om de werking te testen. Wanneer deze testen goed verlopen, starten wij aan het einde van het jaar met de productie.’
Daarnaast neemt het bedrijf deel aan een proefproject van VisPluisVrij om een alternatief te vinden voor het op fossiele grondstoffen gebaseerde pluis. Pluis wordt in kluwen onder visnetten gehangen van vooral boomkorkotters. Deze netten slepen over de zeebodem en om te voorkomen dat de netten te snel slijten, maken de vissers gebruik van pluis. Tijdens het vissen raken de plastic draadjes los en komen ze in zee terecht. Pluis is gemaakt van polypropyleen en dus niet biologisch afbreekbaar. Het gevolg hiervan is dat vogels erin verstrikt raken, plastic deeltjes in de voedselketen belanden en de stranden vervuild raken. ‘Wij werken met VisPluisVrij aan de ontwikkeling van een biologisch afbreekbaar alternatief om zo de plastic soep in de oceanen te verminderen.’

Foto: Senbis Polymer Innovations