Lees verder

Update 22 januari: De presentaties van de diverse sprekers staan inmiddels online:

Olaf Fennis (Attero), Rob Kirschbaum (DSM), Patrick Lemmens (Biotransitiehuis), Raymond Bevers (LIOF), Chris de Visser (WUR)

Op dinsdag 17 december organiseren Stichting DETAF, Innovatiecentrum Greenport Venlo en Biobased Economy Limburg het openingssymposium van DETAF.

De DETAF zelf duurt van 17-19 december.

Thema dit jaar is ‘Biobased economy in de praktijk’. Agro&Chemie legt 17 december live-verslag vanaf 10:00 u.

Hieronder live updates, de nieuwste telkens bovenaan. We twitteren met @DETAF_EH op onze twitteraccount @Agrochemie

* 13:45 het symposium-gedeelte is hiermee afgesloten, uiteraard duurt de DETAF nog tot en met overmorgen.

* Raymond Bevers (LIOF) aan het woord.
Bbe limburg is opgestart medio 2012. Dit consortium is broodnodig om de bbe in limburg van de grond te krijgen. De opzet: bedrijven, overheid en kennis/onderzoek verbinden.

Visie van LIOF: Limburg moet een nationale en internationale hotspot worden in de bbe. Dit door:
– het delen van informatie
– het monitoren van projecten
– het genereren van nieuwe samenwerkingen en bedrijvigheid

Voor welke uitdagingen staat het LIOF?
– identiteit, wie is bbe limburg
– verdienmodellen , zijn deze er wel?
– mismatch tussen vraag en aanbod.

Ad identiteit: bbe limburg heeft een eigen gezicht nodig en werkt daaraan met een communicatiebureau.
Meer regie voeren op wat er gebeurt op het gebied van bbe.
Ad verdienmodellen: kritisch naar kijken
Ad mismatch: coöperaties die een rol hierin kunnen nemen.

Volgens Bevers moeten beide sectoren, agro en chemie, naar elkaar toe bewegen. Zie de kwaliteit en de continue aanvoer/aanbod van biomassa, zie bijvoorbeeld teeltoptimalistie etc.
Chemie moet verwachtingen bijstellen, het is een ander domein dan de petrochemie. zij moeten zich ook richten op extra functionaliteiten/kansen die biomassa oplevert voor hun sector.

bbe limburg gaat in mei haar nieuwe identiteit presenteren tijdens netwerkbijeenkomst bbe dat het in limburg wil organiseren.
Vervolgens wil het nauwer gaan samenwerken met Oost-Brabant en meer algemeen in Zuid-Nederland.
Ze hebben een survey uitgevoerd in Zuid-Nederland, ook met oog op smart specialisations strategy (zie interview met Lambert van Nistelrooij). Daarna focus op interregprojecten, richting België en Duitsland.

* Lemmens: het is ongelofelijk wat er om ons heen gebeurt, bedrijven die hun weg omhoog vinden in de ecopiramide, zoals Attero en SmurfitKappa, en een multinational als DSM die ook lokaal opereert.

* Chris de Visser (PPO, Praktijkonderzoek Plant en Omgeving, WageningenUR) over kleinschalige bioraffinage:
Kleine schaal? Dat is relatief. Hij kiest liever voor het begrip decentrale bioraffinage.

Wat zijn de voordelen:
– lagere investeringen
– lage transportkosten
– mineralen blijven in gebied
– snelle verwerking, dus hogere kwaliteit van eiwitten

Op welke biomassastromen? Onder andere:
– loof
– suikerbieten
– bermgras

Daarnaast aandacht voor technologieën. Voorbeeld: groen blad, onderzoek uitgevoerd mbt bodemvruchtbaarheid: wat zijn gevolgen van het afvoeren van loof voor de bodemvruchtbaarheid?
Die zijn er op lange termijn, en moeten dus worden gecompenseerd. Dat kost dus geld en dat moet opwegen tegen de baten van het afgevoerde bietenloof. Je kunt loof afvoeren, de eiwittten eruit halen en een deel terugvoeren naar het land. Dit model is echter niet rendabel, zie ook het hoge energiegebruik om deze stromen te processen. Op basis van gehanteerde scenarios kost het een kleine € 400 per hectare.
Men moet dus op zoek naar andere scenario’s, waarbij hogere verwaardingen worden meegenomen, bijv rubisco, eiwitrijke fractie.

* Kirschbaum over innovatie: het belang van de fuzzy front R&D van de innovatiefunnel.
Om hier een schifting te maken om de meestbelovende ideeën/concepten te selecteren, vereist inhoudelijke kennis en commercieel inzicht. Hij gaat in op verschillende methoden om deze open innovatie te laten werken, bijvoorbeeld het acquireren van bedrijven, licensing in/out, jointventures etc. DSM Venturing is een vehikel dat investeert in kansrijke projecten/bedrijven. Zo krijgt het bedrijf ook beter zicht op wat er in de wereld gebeurt. De strategische waarde is belangrijker dan de financiële waarde, kleinere bedrijven hebben het voordeel dat ze wendbaarder zijn en hun strategie snel aan kunnen passen aan veranderende omstandigheden.

Hij gaat vervolgens in op enkele concrete trajecten, bijv. voor het verkrijgen van bioethanol uit tweede generatie stromen met een technologie om c5 en c6-suikers te gebruiken als feedstock voor ethanol.
DSM heeft gekozen voor publicprivate partneship dat tien jaar duurde waarin het bedrijf toegang kreeg tot kennispakket, maar geen eigendom kreeg.
De oplossing lag in enzymen die de olifant gebruikt om takken, bladeren af te breken. Momenteel vindt onderzoek plaats naar microben in het darmstelsel van pandaberen die bamboe af kunnen breken.

Kirschbaum gaat kort in op de samenwerking met Poet in de vs. (mais, bioethanol, feed). De fabriek kost 250 miljoen, waarvan DSM de helft betaalt. DSM is niet echt geïnteresseerd in bioethanol, maar in het ontwikkelen en verkopen van enzymen.

Een ander voorbeeld is biodiesel (zie de acquistie van Martek).
DSM zit in een joint venture met BP voor de productie van biodiesel.

DSM’s les volgens Kirschbaum: hernieuwbaarheid is niet voldoende om industrieën te overtuigen, het gaat ook om extra eigenschappen (zoals resistentie tegen zout, et cetera).

* Kirschbaum toont een bedrijfsfilm (It’s in our hands’) van DSM over schaarste grondstoffen & waterverspilling, zie hierboven. Voor DSM is biobased slechts een onderdeel van haar missie, het gaat verder, zie bijvoorbeeld het tegengaan van tekorten aan micronutriënten. “We moeten terug naar een evenwichtiger gebruik van natuurlijke grondstoffen, met aandacht voor de langere termijn”. Grote ontwikkelingen: groei in het oosten, vergrijzing, klimaat/energie. Met name in het derde domein liggen de bbe-inspanningen van DSM met haar kennis van levende (biotech) en dode (chemie) materialen. Voorbeelden biomedische materialen: advanced surfaces, met name zonnecellen. DSM investeert voor 20% in markten met een hoog groeipotentieel maar wel met een groter risico. De helft gaat naar projecten in bestaande markten.

* Pauze is voorbij, Patrick Lemmens introduceert Rob Kirschbaum, vice-president Open Innovation bij DSM met de woorden: “de landbouw had een vooroordeel t.o.v. DSM, dat ze alleen globaal bezig waren en moeilijk toegankelijk en niet geïnteresseerd in de regio”. Nu hij vaker contact heeft gehad met DSM, weet hij dat dit niet geval is. Rob Kirschbaum gaat verder: bbe is overal op de wereld anders. elk land, elke regio geeft daar een eigen invulling aan, vandaar het belang van een regionale aanpak.

* Patrick Lemmens vult aan: het tomatenloofproject vanut Greenport Venlo heet tomatencascade, daarbij is ook smurfit betrokken, dat is maar een vd vele projecten waar smurfit mee bezig is, kortom, het bedrijf timmert aan de weg, aldus Lemmens

* Nabuurs gaat verder met wat praktijkvoorbeelden: van Houtum uit Limburg maakt tissue/wcpapier op basis van gerecycled papier, waarbij ze as afscheiden, daarvan is 50 procent vezel, Smurfit kan deze as gebruiken als vulstof voor haar papier en zo op cellulose besparen. Lignosulfonaat van papierproducenten. wordt nu verbrand, maar deze stof kan worden hergebruikt als hulpstof om stijfheid van dozen te verbeteren. Zetmeel: wordt geïmpregneerd in papier en karton om stijfheid te bevorderen. Smurfit gebruikt niet-natief zetmeel, bijvoorbeeld zetmeel uit de frietindustrie. (Proceswater frietindustrie bevat zetmeel dat door een derde partij wordt geïsoleerd en doorverkocht aan smurfit). Phorbonium (babyvoeding): babyvoeding mag geen fosfor bevatten. klant van smurfit, zuivelaar, haalt fosforconcentraat uit de voeding. Smurfit krijgt drie tankwagens aan phorbonium dat het inzet bij de papierproductie, waardoor het fosforgebruik (het betrekken van derden) kan terugdringen.
Van alle reststromen heeft Smurfit voor 95 procent een zinvolle bestemming gevonden, bijvoorbeeld Rofire, een product dat als secundaire grondstof voor energie, zie vervanging van steenkool, kan worden gebruikt.
Belangrijk, aldis Nabuurs, is het vinden van ketenpartners waarmee je deze trajecten tot een succes kan maken. Smurfit is continu op zoek naar leuke ideeën waar ze business van kunnen maken.

* Mark Nabuurs van Smurfit Kappa over de circulaire economie in de papierindustrie. Deze secror was al circulair, van oud papier nieuw papier maken. Smurfit Kappa heeft fabrieken die papier produceren en fabrieken die eindproducten, bijvoorbeeld doosjes etc, maken en men produceert 580.000 ton recycled papier per jaar in Nederland. Eén van de doelen van Smurfit is dat het een voorloper in de bbe wil worden, het bedrijf heeft 4 uitdagingen: grondstoffen, water, energie en reststromen.

* Olaf Fennis: Attero heeft een probleem: het bedrag dat zij krijgt van de gemeentes voor het afnemen van afval is fors gedaald en ligt nu al drie keer lager dan een aantal jaren geleden. Bovendien zijn de energieprijzen relatief laag, hij verwacht ook dat biogasprijzen niet gelijk gaan boomen. Vandaar dat Attero wel moet kijken naar componenten met een hogere waarde, waarbij energie altijd wel een component zal blijven. Hoe? recyclen van stromen, scheidingstechnologieën, opwerken van deze grondstoffen. Attero verwerkt 900.000 organisch materiaal per jaar, het volume is dus geen probleem, puur bezien vanuit biobased perspectief. Concrete voorbeelden: bioplastics uit gft, bijvoorbeeld op basis van vetzuren, hiervan staat een pilot in venlo voor PHA. Opening fabriek is In 2017/2018 gepland, de PHA is bedoeld voor zakken die worden gebruikt voor inzamelen van groen afval. Er zijn nog wel uitdagingen om de kwaliteit goed te krijgen.
Een ander voorbeeld is eiwit, momenteel is de eiwitproduxtie inefficiënt, zie de vleesproductie waarbij voor een kilo vlees meerdere kilos aan plantaardig materiaal (feed) worden gebruikt. Insecten die zich voeden op basis van huishoudelijk afval kunnen een alternatief zijn. Insecten zetten deze feed snel om in eiwitten. Attero onderzoekt hoe dit het meeste efficiënt kan, en of het operationeel en bedrijfseconomisch mogelijk is. Hij stapt volgend jaar naar directie Attero met een voorstel om dit in een pilot te gieten.

* Lemmens signaleert dat bedrijven meer en meer om economicsche redenen op zoek gaan naar biobased producten. Een goed voorbeeld is Attero. Spreker is Olaf Fennis.
Fennis: Attero verwerkt 3,4 miljoen ton afval per jaar, omzet 325 miljoen euro, 835 medewerkers. Attero is vorige week overgenomen door Waterland, een private equitybedrijf. Fennis is er blij mee omdat Attero , eerst eigendom van de provincie, nu haar eigen weg kan kiezen. Attero composteert onder meer groenafval en beheert stortplaatsen (voor alle activiteiten zie www.attero.nl) Men verbrandt afval in twee afvalverbrandings-installaties, plus een aantal vergisters (7). Attero is vandaag de dag voornamelijk gericht op energie, daarnaast op het terugwinnen van materialen, bijvoorbeeld kunstgras. Attero heeft een installatie ingericht om deze matten uit elkaar te trekken en terug te voeren naar de industrie. Men kan ook kunststoffen, onder andere PP, PE of HDPE, nascheiden uit huishoudelijk afval op basis van infraroodtechniek. Het doel is deze kunststoffen zodanig te bewerken dat ze zonder problemen door de kunststofindustrie weer tot eindproducten kunnen worden verwerkt.

* Joep Hermans verzorgt de openingsspeech. Hermans is voorzitter van de vakbeurs en zelf akkerbouwer. Daar is hij trots op, hij legt de nadruk op biomassa, zijn vraag is wel: “hoe breng je deze tot waarde?”. Primaire sector heeft veel kennis over de biomassa, dat onderscheidt deze sector. Nemen als sector ook het voortouw, bijv. in projecten als de energieboerderij. Daarnaast ook aandacht voor meetinstrumenten, bijvoorbeeld om duurzaamheid van grondstoffen te bepalen.

* Theo Schennink, directeur evenementenhal: DETAF krijgt meer een nationaal en internationaal karakter. Een ontwikkeling waar niemand meer omheen kan, de beurs telt nu 75 exposanten. Onderdeel van de beurs is het kennissymposium over biobased. Men wil verder bouwen aan een week waarin biobased centraal staat.

* Patrick Lemmens van Biotransitiehuis trapt af. Heet de aanwezigen welkom. Verklapt onder meer dat Detaf meer aandacht gaat besteden aan bio based.