Lees verder
Biobased bouwmaterialen hebben het potentieel om de nieuwbouw en renovatiemarkt te verduurzamen. Er zijn natuurlijk bewezen materialen, zoals hout, verkrijgbaar, maar ook nieuwe materialen als biocomposieten of biokunststoffen. Echter, de bouwsector staat niet bekend als innovatief, of verandert er langzaam iets?
Lucien Joppen

Gezien de malaise in de nieuwbouw zullen de komende jaren vooral in teken staan van renovatie. Vandaar dat in dit artikel specifiek op renovatie wordt ingegaan, ook al zal het materiaalgebruik in deze tak van sport ook weer niet zo verschillend zijn.

De bouwsector is qua volume een interessante markt, zowel economisch als ecologisch. De totale omzet in de bouw bedraagt meer dan 50 miljard euro per jaar, waarvan ongeveer een derde aan materiaalkosten.

Deze materialen zijn grotendeels van minerale- (cement en beton, staal en glas, steen, gips en aluminium) en petrochemische oorsprong (o.a. kunststofkozijnen, PVC-leidingen, PUR/PIR-isolatie, folies et cetera).

‘Het zijn materialen die eindig zijn en die een hoge milieu-impact hebben’, stelt Fred van der Burgh (Stichting Agrodome, promoot duurzaam bouwen, red.). ‘De bouw, die qua milieubelasting 40 procent van alle sectoren voor haar rekening neemt, zou haar milieufootprint moeten reduceren door meer hernieuwbare materialen te gebruiken. Dan sla je, gezien het belang van de sector, ook gelijk een forse deuk in een pak boter.’

Economisch en ecologisch interessant

Van der Burgh stelt biobased bouwmaterialen niet alleen qua milieu-impact, maar ook op andere aspecten beter kunnen scoren dan minerale of fossiele materialen. ‘Het zijn vaak lichtere materialen, wat gunstig uitpakt voor het vervoer en de toepassing on site (arbeidsomstandigheden). Bovendien zijn het vaak lokale grondstoffen, waardoor de lokale economie en werkgelegenheid meeprofiteert. Qua functionaliteit kunnen biobased materialen ook beter presteren dan minerale of fossiele materialen, bijvoorbeeld isolatiematerialen op basis van vlasvezels.’

Daarmee komen we op de kansrijke biobased materialen. Wat is het laaghangend fruit? Daan Bruggink van ORGA architect: ‘Hout is uitermate geschikt. Het is bekend en bewezen, is gemakkelijk te bewerken, hergroeibaar en veelzijdig, wat wil je nog meer? Daarnaast zien we goede mogelijkheden voor vlas, hennep, stro en schapenwol, voor isolatiedoeleinden of als component van biocomposieten. Novalignum is een goed voorbeeld van een bedrijf dat, op basis van reststromen, tegels voor gevelbekleding produceert.’

Bouwparadigma

Nu is hout een bouwmateriaal met een eeuwenlange track record, biocomposieten en biokunststoffen als PLA of PHA zijn daarmee vergeleken ‘embryonale’ producten. Daarmee wordt gelijk ook de vinger op de zere plek gelegd. Veel materialen, niet alleen biokunststoffen maar ook composieten, moeten zich nog bewijzen op lange(re) termijn. Elke sector, en zeker de bouw, wil geen risico’s lopen, mocht een bepaald materiaal niet de levensduur hebben die de leverancier heeft aangegeven. De bouw is, vergeleken met andere sectoren, ook niet de meest innovatieve sector, wat de introductie van nieuwe materialen niet bespoedigt. André Dorée (Construction Management & Engineering, Universiteit Twente) noemt het het bouwparadigma, waarbij de hoge concurrentiedruk in de sector (te) weinig ruimte biedt aan vernieuwingsdrang en innovatie. Het is voorstelbaar dat de situatie na het uitbreken van de crisis er niet beter op is geworden…

De marktvraag is een, de aanbodzijde vers twee. Bouwbedrijven moeten ook kunnen kiezen uit een assortiment, dat niet alleen qua functionaliteit, maar ook qua prijsstelling mee kan komen.

Greenworks

Wie googelt op “biobased bouwmaterialen” komt al snel uit bij sites als Biobasedbouwen.nl (publiek/privaat) of Groenebouwmaterialen.nl. Een snelle scan van deze sites leert dat voor veel toepassingen al (deels) biobased producten en aanbieders op de markt zijn. Ook de reguliere tussenhandel heeft zich inmiddels op de markt van duurzame bouwmaterialen begeven. Zo heeft Raab Karcher een apart assortiment onder de Greenworksparaplu in het leven geroepen, waarin ook biobased producten zijn opgenomen. Gerhard Hospers, mede-verantwoordelijk voor Greenworks: ‘Bij Raab Karcher staat maatschappelijk verantwoord ondernemen hoog in het vaandel. Vanzelfsprekend proberen we onze rol hierin te nemen en om, op basis van eenduidige criteria, duurzamere producten aan te bieden. Biobased, of deels biobased, vormt een integraal onderdeel van Greenworks omdat deze materialen bijdragen aan een reductie van de CO2-uitstoot in de bouw en – minstens zo belangrijk – zorgen voor een comfortabel en gezond binnenklimaat.’

Geitenwollen sokken

Hospers stelt dat Raab Karcher toekomst ziet in de opname van meer biobased producten en materialen binnen Greenworks. ‘Momenteel bieden wij een compleet hout- en plaatassortiment afkomstig uit duurzaam beheerde bossen met FSC en PEFC, isolatiematerialen en dakplaten voorzien van vlaswol, maar ook houtvezelisolatie. Ook lijnolieverf behoort tot het Greenworks assortiment.’

Vlas is een mooi voorbeeld van een product wat zich goed heeft doorontwikkeld, aldus Hospers. Dit wordt gebruikt als kern in Faay-wanden, als component in lijnolie (verf) en als isolatiemate riaal. ‘Van de laatstgenoemde toepassing is de omzet sterk – met een factor 3 – gestegen.’ Het succesverhaal van vlas en de uitbreidingsplannen van biobased ten spijt, loopt de afzet van deze producten nog niet zoals het zou moeten, aldus Hospers. ‘Wij merken dat sommige biobased producten nog niet worden gezien als volwaardige bouwmaterialen en een geitenwollensokken-etiket op krijgen geplakt. Hiermee doen wij deze producten beslist tekort en heeft het meer te maken dat onbekend onbemind maakt.’

Biobased renoveren in Kruiningen

Hebben biobased materialen nog niet de mainstream bereikt van aannemers, bouwbedrijven en klussende particulieren, inmiddels stromen deze geleidelijk maar zeker in. ‘Het zijn met name opdrachtgevers die vanuit idealistische overwegingen bij ons terecht komen’, aldus Daan Bruggink. ‘Deze partijen – woningbouwverenigingen, zorginstellingen, gemeentelijke/ overheidsinstanties – willen bijdragen aan een duurzame toekomst en kiezen doelbewust voor natuurlijke materialen.’

Om een biobased bouwmarkt – niet alleen de usual suspects, maar juist nieuwe materialen/ composieten – open te breken, zijn deze partijen broodnodig. Het Zeeuwse R&B Wonen is zo’n partij die haar nek uit heeft gestoken, gewoon door een wonig te renoveren met (deels) biobased materialen. Projectleider Laudie Bal: ‘We wilden, zeker ook uit oogpunt van de biobased ambities van de provincie, kijken naar de beschikbaarheid, de prijs en de performance van deze materialen.’

In de woning aan de Henri Dunantstraat in Kruiningen zijn verschillende materialen toegepast. Volgens Bal vormt het huis een mooie showcase en is het zaak om te monitoren of de biobased materialen doen wat ze moeten doen.

Technische kringloop

Inmiddels is wel duidelijk dat niet alle materialen biobased kunnen zijn en dat biobased niet altijd de meest duurzame oplossing is. ‘Biobased is niet altijd mogelijk of betaalbaar, zie bijvoorbeeld leidingwerk en bepaald sanitair. Dan moet je deze in een technische kringloop houden, Cradle2Cradle dus. Dat betekent ook dat op een andere manier gerenoveerd moet worden: minder verlijmen, maar zodanig werken dat afzonderlijke materialen zo goed mogelijk teruggewonnen kunnen worden voor hergebruik en niet voor sloop of verbranding.’

De monitoring van de gebruikte biobased materialen zal enkele jaren in beslag nemen, aldus Bal, al zijn de voordelen van veel materialen, bijvoorbeeld op gebied van vocht- en warmteregulering, al bekend. ‘Klopt, maar we willen ook onderzoeken of alle opties wel zo duurzaam zijn. Dat hoeft niet altijd het geval te zijn. Verder willen we andere woningbouwverenigingen betrekken bij ons initiatief zodat we samen ook meer gewicht in de schaal kunnen leggen.’

Kokkelschelpen versus kunststof chips

Een van de materialen dat gebruikt is in de Kruiningse woning, is een oer-Zeeuws product: kokkelschelpen van Isoschelp uit Yerseke. Het bedrijf prepareert en verkoopt de schelpen als vloerisolatiemateriaal. ‘De Romeinen gebruikten al schelpen als vloerisolatie’, aldus directeur Heleen Dingemanse. ‘Door hun hoge kalkgehalte (95 procent) zorgen de schelpen voor een betere vochtregulatie, er is nauwelijk optrekkend vocht en dus ook minder koude op het vloeroppervlak.’

Isoschelp moet wel concurreren met kunststof chips, lichter en goedkoper. ‘Klopt, maar deze scoren wel lager op bovengenoemde parameters. We zien wel dat schelpen vaker worden toegepast: we hebben het afgelopen jaar schelpen verkocht, goed voor circa 1000 woningen.’ Bal onderschrijft het verhaal van Dingemanse, maar geeft ook aan dat kokkelschelpen niet per se duurzamer hoeven te zijn. ‘De schelpen moeten worden gewassen in zoet water, dat telt ook mee. Daarom is het goed dat dit onderzocht en gebenchmarkt wordt, zodat de afnemers gefundeerde beslissingen kunnen nemen.’

Bioplastics

Hernieuwbare kunststoffen worden nog slechts beperkt in de bouw toegepast. Een hernieuwbaar plastic in opkomst is PLA. Andere mogelijke hernieuwbare kunststoffen zijn polyhydroxyalkanoaten (PHB, PHA) en de verschillende cellulosederivaten zoals cellulose diacetaat (CA), en cellulose acetate-butyrate (CAB). Inmiddels zijn er op de markt thermoplastisch verwerkbare composieten die volledig uit natuurlijke grondstoffen zijn samengesteld. Bijvoorbeeld biopolymeren als PLA of PHA gevuld met lignine of zetmeel en/of versterkt met cellulosevezels.

Green deal: gelijk speelveld

Eind 2013 werd de Green Deal Biobased Bouwen in het leven geroepen. Binnen deze Green Deal, waarin meer dan 30 partijen deelnemen, wordt gewerkt aan een bredere marktacceptatie van biobased materialen, producten en concepten in de bouw.

‘Wij willen ons inspannen om de obstakels in de regelgeving en de onbekendheid van de mogelijkheden weg te nemen’, aldus Green Deal-woordvoerder Fred van der Burgh. ‘Bijvoorbeeld door biobased bouwmaterialen op te laten nemen op de MIA (Milieu-Investerings Aftrek)-lijst of door te communiceren over beschikbaarheid en toepasbaarheid. Uiteindelijk willen we dat er een gelijk speelveld voor biobased materialen en traditionele bouwmaterialen ontstaat.’

Biobeton

Beton is een succesnummer. Het is het meest gebruikte bouwmateriaal ter wereld. Beton heeft ook zijn zwakke plek: onder druk kunnen er gemakkelijk scheuren ontstaan. Worden dergelijke scheuren te groot, dan leidt dat tot roest van de stalen bewapening. Zelfherstellend beton, een materiaal waar de onderzoekers van de TU Delft aan werken, kan soelaas bieden. Door alkalifiele bacteriën – beton heeft een zeer hoge pH – in het betonmengsel te verwerken, is het mogelijk beton te maken met zelfherstellende eigenschappen. Daarbij maken de bacteriën calciumcarbonaat (kalksteen) aan uit calciumlactaat. De kalksteen vult de scheuren en maakt ze waterdicht. Het levert weinig tot geen bijdrage tot toename aan sterkte, maar daar is het ook niet voor ontwikkeld. Verder onderzoek is nu nodig, onder meer naar het scheppen van een leefomgeving waarin de bacteriën zoveel mogelijk calciumcarbonaat produceren en in hoeverre het zelfherstellende vermogen standhoudt onder de diverse afbraakmechanismen, zoals het binnendringen van sulfaat en temperatuurschommelingen. Alle onderzoek wordt uitgevoerd in het Microlab van de TU Delft.