Lees verder
Composteerbare disposables in foodservice is nog een relatief kleine markt, maar wel een met toekomstperspectief. Out-of-homeconsumptie zit weer in de lift en marktpartijen zijn op zoek naar duurzamere alternatieven voor gangbare materialen als PE of PP.
Lucien Joppen

De Europese markt voor ‘biodegradable foodservice disposables’ (industrieel composteerbaar) bedroeg in 2015 een kleine miljard US dollar (omgerekend in 2017 valuta: 900 miljoen euro). Volgens Persistence Market Research (PMR), leverancier van deze data, zal deze markt in Europa tot 2022 groeien met een CAGR van 5,5 procent. Resulterend in een omzet in 2022 van een 1,4 miljard dollar.

Qua segmentatie is de bovenstaande markt verdeeld in borden, trays/containers, bestek, bekers/schaaltjes en zogenaamde clam shells (container waarbij de deksel is bevestigd aan de container en naar binnen klapt, net als een schelp, red.). Het grootste segment qua omzet zijn de bekers/schaaltjes met een aandeel van 33,7 procent. PMR verwacht dat dit segment de biodegradable disposablesmarkt (BDM) de komende vijf jaar zal domineren.

Papier dominant materiaal

Kijkt men naar de grondstoffen die worden gebruikt voor BDM-producten, dan valt op dat papier met afstand het grootste segment is. Gevraag naar actuele data, geeft PMR geen details prijs. Wel verwacht het dat papier in 2022 1,2 miljard dollar in omzet zal doen (zoals gezegd op een totaal van 1,4 miljard). De rest van de markt komt voor rekening van hout/bladproducten en bioplastics. PMR voorziet vooral groei vanuit het laatste segment, gedreven door onder meer ontwikkelingen in PLA, PHA en aardappelzetmeelgebaseerde plastics. De verwachte groei van de BDM-markt in Europa ziet PMR onder meer in een hogere ‘consumer awareness’ van duurzamere plastics met een milieuvriendelijker end-of-life scenario (waarover later meer, red.).

Actieve aanpak in Italië

Ook constateert het onderzoeksbureau dat foodserviceproviders in toenemende mate hun business verduurzamen. Zo heeft McDonald’s foamverpakkingen verruild voor karton, dat bovendien uit 70 procent gerecycled materiaal bestaat. Tot slot speelt in sommige landen de wet- en regelgeving in de kaart van composteerbare plastics/materialen. Zo wil Italië, een land met een lange kustlijn, plasticsvervuiling in en rondom de Middellandse en Adriatische Zee terugdringen door fossiele plastics te belasten en composteerbare plastics te bevoordelen. Het is overigens maar de vraag of deze maatregel zwerfafval en het probleem van plastic soup tegen zal gaan. Deze plastics moeten nog steeds worden verzameld en vervolgens worden gecomposteerd. Sterker, consumenten zouden eerder geneigd zijn om afbreekbare plastics weg te gooien, ervan uitgaande dat dit een natuurlijk en niet een industrieel proces is.

Groter en breder aanbod

De groei – met name van biobased polymeren/plastics – wordt ook gedreven door het grotere en bredere aanbod. Zo heeft onder meer Natureworks in het PLA-segment de nodige innovaties gelanceerd en daarmee het applicatiegebied aanzienlijk verbreed. Voor veel foodservice-applicaties zijn productparameters als hitteresistentie, buigzaamheid en stabiliteit nodig. Zo zal een bord niet moeten buigen onder een bepaalde belasting of zachter worden door een heet gerecht, bijvoorbeeld een soep. Volgens Natureworks garandeert hun High Heat Technology dat PLA voor disposable-applicaties als borden, bekers en bestek een goed (en vooral duurzamer) alternatief is voor PP en PE.

IJscontainers

Synbra en haar zusterbedrijf Synprodo zijn een andere speler die polymeren voor composteerbare disposables heeft ontwikkeld. Met BioFoam heeft het bedrijf een 100 procent biobased en composteerbaar alternatief voor EPS op de markt gezet. Directeur Jan Noordegraaf: ‘EPS wordt in foodservice en in retail onder meer gebruikt voor ijscontainers. In Italië, het thuisland van gelato, is dit een behoorlijke markt. De bulk is EPS, maar het aandeel van BioFoam (E-PLA, red.) neemt toe.

Het is vooral de aantrekkende wetgeving voor disposables in Italië en ook in Frankrijk waardoor de markt al aan het bijdraaien is. Ook een groeifactor, zij het kleiner, is de groei van biologische voeding. Sommige van onze klanten in deze markt, bijvoorbeeld in Duitsland, verkiezen biodegradeerbare materialen. Zoals al eerder aangegeven, zullen deze producten zwerfafval niet terugdringen. Alleen draconische straffen, zoals in Singapore, hebben effect. Wel hebben dergelijke producten over het algemeen een veel lagere carbon footprint.’

Complete assortimenten

Inmiddels hebben bioplastics een vaste plek in de disposablesmarkt veroverd. Er zijn zelfs al complete assortimenten verkrijgbaar. Zo lanceerde Van der Windt, onderdeel van de Pacombi Groep, vorig jaar Biodore. In totaal omvat het merk meer dan 150 artikelen die zijn gebaseerd op verschillende grondstoffen, zoals karton, (C)PLA, zetmeel en natuurvezels. ‘Wereldwijd werken we met verschillende producenten’, aldus Huib Burggraaf, specialist biobased packaging bij het bedrijf. ‘Al onze producten zijn gecertificeerd, onder meer via het FSC-keurmerk of Vincotte voor de composteerbaarheid. We leveren aan retail, foodservice en aan andere distributeurs. We zijn nu ruim een jaar op de markt en de omzet is met 50 procent gestegen. Toegegeven, alles wat klein is, groeit hard, maar we groeien harder dan verwacht.’

Kansen in festivalmarkt

Burggraaf ziet de groei vooral in de foodservicemarkt. Vooral de opkomst van kwalitatief betere concepten, zoals een Bram Ladage, maakt dat bedrijven in deze markt open staan voor een mooiere en duurzamere presentatie. ‘Het oog wil ook wat. Of je een gerecht presenteert op een geperst palmblad of een PE-schaaltje maakt nogal wat uit’, aldus Burggraaf. Hij ziet ook groeimogelijkheden in festivalcatering. Per jaar trekken de vele (zomer)festivals in Nederland ruim 23 miljoen bezoekers. ‘Vaak proberen de organisatoren zich te onderscheiden op gebied van duurzaamheid. Een onderdeel is om de CO2-footprint zo laag mogelijk te houden. Dat kunnen ze onder meer realiseren voor biobased disposables.’

Burggraaf stelt wel dat Biodore nog steeds een fractie inneemt van de totaalomzet in disposables. Dat wekt, gezien het embryonale stadium van de markt, ook geen verwondering. ‘De bulk is nog steeds van fossiele oorsprong. Ook hier hebben we een assortiment met de naam Bright dat op gebied van milieu (19 impactfactoren, red.) beter presteert dan gangbare materialen. Zo kunnen we ook het middensegment upgraden.’

Prijspremiums

Het assortiment van Biodore bestaat zowel uit composteerbare als niet-composteerbare materialen. Van der Windt communiceert richting haar afnemers welke producten wel en welke niet gecomposteerd kunnen worden. Het Rotterdamse Bio Futura voert wel exclusief composteerbare disposables. ‘We gebruiken uitsluitend zetmeelgebaseerde kunststoffen, al dan niet in combinatie met PLA’, aldus directeur Wouter Moekotte. ‘Daarnaast voeren we disposables die zijn geproduceerd op basis van suikerrietvezel, palmblad en karton. We hebben pas wel een uitzondering gemaakt: een schroefdop van bio-PE voor een fles die voor de rest geheel uit PLA bestaat. We hadden een harder materiaal nodig voor deze applicatie. Uiteraard zullen we het gescheiden inzamelen van de flessen en de doppen gaan stimuleren bij de gebruikers.’

Net als Van der Windt sourced Bio Futura haar biobased disposables uit de hele wereld. De producenten zijn vaak dezelfde als van de ‘fossiele’ tegenhangers. Qua prijsstelling is wel het nodige verschil. ‘De prijspremiums die we doorberekenen aan onze klanten, variëren van 20 tot 50 procent. In natuurvezelproducten ligt deze tussen de 20 à 30 procent. Daarvoor krijgen ze een duurzamer en in sommige gevallen ook een beter product doordat het mooier oogt of betere eigenschappen heeft, bijvoorbeeld een hogere zuurstofbarrière.’

Focus op prijs

Het zijn vooral het bovengenoemde prijsverschillen en het ontbreken van een duidelijke nationale wet- en regelgeving die biodisposables in de niche en uit de mainstream houden. Marcea van Doorn, category manager sustainability bij Bunzl, een internationale leverancier van disposables: ‘De meeste afnemers, lees de grote cateringbedrijven, zijn gefocust op prijs. Dit omdat hun opdrachtgevers in het bedrijfsleven en de institutionele sector op elke cent letten. Ruimte is er wel, vooral in de toegevoegde waarde concepten, zoals Marqt of kleinere ondernemers. Daar zitten echter nog niet de grote volumes. Ik zie wel dat ook de grotere spelers in de cateringmarkt in toenemende mate overgaan op duurzamere disposables, bijvoorbeeld door plastics te vervangen door karton.’

Van Doorn stelt ook dat de retourlogistiek ook een horde is voor de klant. Immers, de composteerbare producten moeten ook nog naar een installatie worden vervoerd. Dat is een heet hangijzer. Er zijn wel organisaties, met name ziekenhuizen, die een deel van de medische materialen composteerbaar willen maken en vervolgens omzetten in energie. Als ze hun foodgerelateerde disposables ook composteerbaar maken, verhogen ze het rendement van hun biogasinstallatie. Als deze trend zich doorzet, betekent dit weer een nieuwe en grotere markt voor ‘biodisposables.’